Onze experten volgen de economie en de financiële markten op de voet.
verrekening-bronheffing-op-franse-dividenden-pyrrhusoverwinning

Verrekening bronheffing op Franse dividenden: een Pyrrhusoverwinning

Niko Hostyn - Head of Estate Planning Flanders
Er is de laatste maanden – jaren zelfs – veel inkt gevloeid over het forfaitair gedeelte van buitenlandse belasting, ofwel het “FBB”, zoals voorzien in het Belgisch-Frans dubbelbelastingverdrag.
Ter herinnering: door de toepassing van het FBB, zoals dit volgt uit het Belgisch-Frans dubbelbelastingverdrag, kan de belastingdruk op onder meer Franse dividenden in principe worden beperkt; dit FBB-regime kon door Belgisch ingezetenen echter de facto niet worden toegepast. Hoewel de toepassing ervan is voorzien in voormeld verdrag, bestaat er in het Belgisch intern recht immers geen wettelijke basis voor de toepassing van het FBB in hoofde van Belgisch ingezetenen (natuurlijke personen) op dividenden van vreemde oorsprong (incl. Franse dividenden). 
Niettemin hebben belastingplichtigen zich voor de Belgische hoven en rechtbanken herhaaldelijk rechtstreeks op het Belgisch-Frans dubbelbelastingverdrag als hogere rechtsnorm (ten opzichte van het Belgisch interne recht) beroepen om de toepassing van het FBB in rechte af te dwingen. Met succes. Het Hof van Cassatie heeft namelijk het verzoek van de belastingplichtigen ingewilligd.
In het licht van de inmiddels gevestigde rechtspraak van het Hof van Cassatie, was de (Belgische) belastingadministratie genoodzaakt om te reageren en haar positie te herzien. Tevens diende zij zich te buigen over de terugbetalingsmogelijkheden voor de in het verleden te veel betaalde belasting. 
Het wordt thans aanvaard dat Franse dividenden als volgt moeten worden belast:

verrekening-bronheffing-op-franse-dividenden-pyrrhusoverwinning-img1
De belastingadministratie heeft haar positie verder verduidelijkt in de recent gepubliceerde circulaire van 28 mei 2021. Hieronder hebben wij de inhoud van deze nieuwe circulaire alvast voor u samengevat.  

Franse dividenden ontvangen in 2020 (en volgende jaren)

De belastingadministratie aanvaardt dat belastingplichtigen die in 2020 Franse dividenden hebben ontvangen, de toepassing van het FBB kunnen claimen via hun aangifte in de personenbelasting. 
Daartoe moet het volgende worden opgenomen in de aangifte:
  • Indien een Belgische financiële instelling de roerende voorheffing op het Franse dividend heeft ingehouden: het bedrag van de inkomsten na aftrek van de Franse bronheffing en na aftrek van de Belgische roerende voorheffing onder code 1160/2160 (vak VII – inkomsten van kapitalen en roerende goederen) en vervolgens dit bedrag, alsook het land van oorsprong en de aard van de inkomsten aangeven in rubriek F van hetzelfde vak.
  • Indien geen enkele Belgische financiële instelling de roerende voorheffing op het Franse dividend heeft ingehouden: het bedrag van de inkomsten na aftrek van de Franse bronheffing onder code 1444/2444 (vak VII – inkomsten van kapitalen en roerende goederen) en vervolgens dit bedrag, alsook het land van oorsprong en de aard van de inkomsten aangeven in rubriek F van hetzelfde vak.
verrekening-bronheffing-op-franse-dividenden-pyrrhusoverwinning-img2
De belastingadministratie verduidelijkt hierbij dat dit op heden de enige manier is via dewelke het FBB kan worden toegepast voor inkomsten van het jaar 2020. 
Deze werkwijze zou tevens van toepassing zijn voor Franse dividenden ontvangen in latere jaren (dus na 2020), hoewel aanhoudende geruchten de ronde doen dat het Belgisch-Frans dubbelbelastingverdrag zal worden heronderhandeld. Aan Belgische zijde zou een van de onderhandelingspunten de afschaffing van het FBB op Franse dividenden zijn. 

Franse dividenden ontvangen vóór 2020

Standpunt van de belastingadministratie

Volgens de belastingadministratie is een terugbetaling enkel mogelijk in de hypothese dat de belastingplichtige (i) in zijn aangifte personenbelasting de Franse dividenden heeft opgenomen én (ii) tijdig de terugbetaling verzoekt door middel van een bezwaarschrift. Dit bezwaarschrift moet worden ingediend binnen een termijn van zes maanden, te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet. 
Concreet viseert de belastingadministratie hiermee de hypothese waar de belastingplichtige Franse dividenden heeft opgenomen in zijn aangifte personenbelasting voor het inkomstenjaar 2019 (aanslagjaar 2020) en het aanslagbiljet hem werd toegestuurd minder dan zes maanden geleden. Immers, enkel dan kan de belastingplichtige nog tijdig een bezwaarschrift indienen.
In alle andere gevallen weigert de belastingadministratie een eventuele terugbetaling van het FBB. 

Voor betwisting vatbaar volgens de rechtsleer 

Een meerderheid in de rechtsleer is echter van oordeel dat een terugbetaling van het FBB kan worden verkregen voor dividenden die tijdens de laatste vijf jaar werden ontvangen, en dit door middel van een verzoek tot ambtshalve ontheffing (in het geval de Franse dividenden niet werden opgenomen in de aangifte personenbelasting) of een aanvraag tot terugbetaling van roerende voorheffing (in het geval de Franse dividenden wel werden opgenomen in de aangifte personenbelasting).
De rechtspraak lijkt zich – althans op basis van de beperkt beschikbare vonnissen en arresten –  hierbij aan te sluiten. Zo oordeelde het Hof van Beroep van Gent recentelijk dat een belastingplichtige gerechtigd was de terugbetaling van roerende voorheffing op Franse dividenden te vorderen, zelfs in het geval dat de dividenden door de belastingplichtige niet werden opgenomen in zijn aangifte personenbelasting. 
Niettemin stelt de circulaire duidelijk dat de belastingadministratie elke aanvraag tot terugbetaling van roerende voorheffing zal weigeren. Ook een terugbetaling via een verzoek tot ambtshalve ontheffing met betrekking tot dividenden ontvangen tijdens de laatste vijf jaar zal worden verworpen. Enkel indien de dividenden werden opgenomen in de aangifte personenbelasting én er tijdig (lees: binnen een termijn van zes maanden) een bezwaarschrift wordt ingediend tegen de aanslag in kwestie, kan een terugbetaling worden bekomen (zie supra). 

Wat kan u eventueel ondernemen?

Belastingplichtigen die, buiten het strikte kader zoals vooropgesteld door de belastingadministratie, reeds een verzoek tot ambtshalve ontheffing of een aanvraag tot terugbetaling van roerende voorheffing hebben ingediend, zullen hieromtrent zeer waarschijnlijk een negatieve beslissing ontvangen. Wensen zij alsnog een positief resultaat te verkrijgen, dan zullen zij zich tot de rechtbank van eerste aanleg moeten wenden door middel van een fiscaal verzoekschrift. 
Hetzelfde geldt voor belastingplichtigen die vóór 2020 Franse dividenden hebben ontvangen, die wederom buiten het strikte kader zoals vooropgesteld door de belastingadministratie een terugbetaling wensen te verkrijgen, maar op heden nog geen actie hebben ondernomen. 
Zij zullen in eerste instantie de zogenaamde administratieve fase moeten doorlopen, dewelke wordt opgestart via een verzoek tot ambtshalve ontheffing, dan wel een aanvraag tot terugbetaling van roerende voorheffing. Indien (of beter: wanneer) hun verzoek wordt afgewezen, dienen ook zij zich te wenden tot de rechtbank van eerste aanleg. 
Alvorens een dergelijke procedure te initiëren, is het aangewezen de afweging te maken tussen enerzijds de inzet van de discussie (i.e. het bedrag van de terug te vorderen belasting), anderzijds de kostprijs van zo’n procedure. Tevens dient de belastingplichtige zich er steeds bewust van te zijn dat de uitkomst van een procedure nog steeds onzeker is. 
Wij raden u ten zeerste aan om u in dit verband te laten adviseren en bijstaan door een specialist ter zake.
Dit is commerciële informatie uitgaande van Bank Degroof Petercam nv, met zetel te Nijverheidsstraat 44, 1040 Brussel, België (hierna “Bank Degroof Petercam”), die verantwoordelijk is voor de productie en de verdeling ervan. De informatie in dit document is uitsluitend bedoeld voor algemene informatiedoeleinden en mag niet worden beschouwd als raad over financiële planning in de zin van de Wet van 25 april 2014, noch als enig ander advies, voorstel of persoonlijke informatie, noch als openbaar aanbod van financiële instrumenten. De algemene informatie in dit document is niet afgestemd op de individuele persoonlijke situatie van de geadresseerde/lezer/ontvanger. Dit document is niet bedoeld om een volledige beschrijving te geven van de geldende wettelijke bepalingen, de rechtsleer of de rechtspraak, noch van de financiële dienst(en) die Bank Degroof Petercam aanbiedt. Hoewel alle voorzorgen werden genomen en Bank Degroof Petercam bij de redactie van huidig document beroep heeft gedaan op bronnen welke ze betrouwbaar acht, kan Bank Degroof Petercam de juistheid of volledigheid van de informatie in dit document niet garanderen en kunnen noch Bank Degroof Petercam, noch haar verbonden vennootschappen, bestuurders, adviseurs of werknemers verantwoordelijk worden gesteld voor enige onjuiste, onvolledige of ontbrekende informatie, of voor enige rechtstreekse of onrechtstreekse schade, verlies, kosten, vordering of andere uitgave die voortvloeit uit het gebruik van dit document, behalve in het geval van opzettelijke fout of grove nalatigheid.
Huidig document mag niet worden gekopieerd of verspreid zonder voorafgaandelijke schriftelijke toestemming vanwege Bank Degroof Petercam.
De verstrekte informatie is correct op de datum van publicatie.
Bank Degroof Petercam is erkend door en staat onder prudentiëel toezicht van de Nationale Bank van België, Berlaimontlaan 14, 1000 Brussel, en onder het toezicht van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA), Congresstraat 12-14, 1000 Brussel, voor de bescherming van beleggers en consumenten.

Verantwoordelijke uitgever: Bank Degroof Petercam
Wettelijk adres: Bank Degroof Petercam nv, Nijverheidsstraat 44, 1040 Brussel.
BTW: BE 0403.212.172 (RPR Brussel) - FSMA 040460 A
Deel het artikel
Gereglementeerd door de Belgische Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) en de Nationale Bank van België | Alle rechten voorbehouden 2024, Degroof Petercam