Onze experten volgen de economie en de financiële markten op de voet.
capital-markets-hero

Beursgenoteerde familiebedrijven vaak veerkrachtiger dan de beurs

Marc Vankeirsbilck - Regiodirecteur Zuid-West-Vlaanderen
Dat familiebedrijven de sterkhouders zijn van onze economie is al langer geweten. Uit een recente studie van Degroof Petercam blijkt nu ook dat beursgenoteerde familiale ondernemingen doorgaans betere prestaties neerzetten dan andere beursgenoteerde bedrijven en minder last blijken te hebben van een crisis.

Marc Vankeirsbilck, u bent Head of Family Business & Independent Professional Solutions bij Degroof Petercam. Wat is voor u een familiebedrijf?

MVK: Vroeger verwees de term familiebedrijf naar ondernemingen die volledig in handen waren van één familie en traditioneel werden geleid door de pater familias. Als we nu spreken over familiebedrijven, dan bedoelen we in de eerste plaats ondernemingen waar de uiteindelijke beslissingsmacht, het zeggenschap dus, bij een bepaalde familie berust. Het kan dus net zo goed gaan om een onderneming waar de familie slechts 30% van de aandelen bezit. Kenmerkend is echter dat er nauwelijks wijzigingen zijn in het aandeelhouderschap en dat de familiale aandeelhouders zeer nauw betrokken blijven bij de bedrijfsvoering waardoor een strategie op zeer lange termijn mogelijk is.

Stefaan Genoe, u bent Managing Partner Corporate Finance. Familiebedrijven doen het blijkbaar uitstekend op de beurs?

We stellen inderdaad vast dat beursgenoteerde familiebedrijven de afgelopen 15 jaar veel beter hebben gepresteerd dan benchmarkindexen zoals de Bel20 en de Stoxx600. Ze gingen er in die periode gemiddeld tot wel 300% op vooruit terwijl de andere beursgenoteerde bedrijven eigenlijk vaak slechts een beperkte vooruitgang boekten. Een tweede vaststelling is dat familiebedrijven in tijden van crisis blijk geven van een veel grotere veerkracht dan de geanalyseerde indexen. In de praktijk delen zij met andere woorden veel minder in de klappen en slagen zij er ook veel sneller in om opnieuw met groei aan te knopen. Wat dan het geheim is van hun succes? Volgens Warren Buffet is dat toe te schrijven aan hun “geduld en de durf om op lange termijn te investeren”.
Naast de veel langere investeringshorizon speelt echter ook de voorzichtige, koesterende aanpak van de familiale zaakvoerders een rol. In familiebedrijven is er behalve een beperktere schuldgraad doorgaans ook een beduidend lagere payout aan de aandeelhouders. Anders gezegd, de winst verlaat er het bedrijf niet maar wordt opnieuw geïnvesteerd om een florerende onderneming aan de volgende generatie door te geven.
Stefaan Genoe en Marc Vankeirsbilck
Stefaan Genoe en Marc Vankeirsbilck

Welke meerwaarde biedt een beursintroductie?

SG: Een familiebedrijf dat naar de beurs trekt, doet dat omwille van diverse redenen. Ten eerste is een zogeheten initial public offering (IPO) een bron van alternatieve financiering naast de traditionele banklening, schuldfinanciering (obligaties) en private equity-investeringen. Voor veel ondernemers is het ook een manier om te diversifiëren zonder de zeggenschap over hun bedrijf kwijt te raken. Mooi meegenomen is daarnaast dat een IPO voor extra zichtbaarheid en geloofwaardigheid zorgt. De onderneming kan die grotere naambekendheid en credibiliteit vervolgens uitspelen om buiten de eigen regio of landsgrenzen nieuwe markten aan te boren. Voorts is een beursintroductie ook een manier om je medewerkers veel nauwer bij je onderneming te betrekken. Beursgenoteerde aandelen laten namelijk toe om personeelsleden fiscaalvriendelijk te verlonen via een aandelenoptieplan waarbij ze de vruchten kunnen plukken van hun eigen werkzaamheden voor het bedrijf.

Beursgang of private equity?

MVK: Voor alle duidelijkheid, Degroof Petercam beschikt eveneens over de expertise om cliënten te begeleiden die de consolidatie of groei van hun onderneming via private equity wensen te financieren. Maar de insteek is dan anders dan wanneer je naar de beurs stapt. Op de beurs ga je immers in zee met een groot aantal minderheidsaandeelhouders, wat het voordeel biedt dat je de zeggenschap over je familiebedrijf kunt behouden. Daar staat dan wel een veel grotere transparantieplicht tegenover dan bij private equity. Bij de keuze voor een private equity-aanpak haal je daarentegen veeleer één dominante partner aan boord, al nemen PE-fondsen wel vaker genoegen met een minderheidsparticipatie.

Hoe gaat een beursintroductie in zijn werk?

SG: Naar de beurs stappen is een heel intensief proces dat veel voorbereiding vereist. Als vuistregel gaan wij daarom uit van een termijn van 18 tot 24 maanden voor het volledige traject.
In de praktijk moet een bedrijf diverse stappen doorlopen. Onze gespecialiseerde afdeling Corporate Finance begint met het samenstellen van een IPO-team. Daarna buigen we ons over de rapporteringsvereisten en over de due diligence om het bedrijf zo goed mogelijk voor te bereiden. Samen met de risicofactoren wordt al deze informatie vervolgens samengebracht in het noteringsprospectus dat het basisdocument vormt waarop de belegger zich zal baseren om al dan niet mee te stappen in de IPO. We proberen ook reeds vroeg in het proces een goed gevoel te krijgen over de waardering.
Wanneer al deze voorbereidingen afgerond zijn, is de tijd aangebroken om investeerders te overtuigen. Dat houdt in: letterlijk de boer opgaan om potentiële investeerders te bezoeken. En daarnaast analyserapporten ter beschikking stellen die het bedrijf beter kaderen. Na de roadshows wordt dan een orderboek samengesteld met orders van geïnteresseerde investeerders. Zo krijgen we zicht op de uiteindelijke prijs en is alles in gereedheid voor een notering op de beurs. Nadien is een goede opvolging onontbeerlijk.

Waarom kiezen voor een exit?

MVK: Bedrijven die op de beurs noteren, moeten aan een hele reeks verplichtingen voldoen. Ik denk dan met name aan regulatoire verplichtingen zoals de meldings- en publicatieplichten die voor een aanzienlijke werklast zorgen of aanleiding kunnen geven tot ongewenste communicatie, zoals een negatieve winstwaarschuwing. Daarnaast voelen beursgenoteerde bedrijven in tegenstelling tot niet-beursgenoteerde bedrijven voortdurend de hete adem van de markt om ook op korte termijn goede resultaten neer te zetten. Tel daarbij op dat het momenteel voordelig is om buiten de beurs een financiering te regelen, en je begrijpt meteen waarom sommige bedrijven voor een existrategie kiezen. Overigens heeft de beurs deze bedrijven zeker geen windeieren gelegd; toen ze naar de beurs stapten, werden ze gedwongen om de zaken veel professioneler aan te pakken. En die professionalisering blijft ook na de exit vruchten afwerpen.
Ook voor een exit moet je een prospectus opstellen, maar die is minder uitgebreid en kan in belangrijke mate worden samengesteld op basis van informatie die reeds beschikbaar is in de jaarverslagen. Uiteraard dien je een voldoende hoge prijs te bieden om je eigen aandelen te kunnen inkopen, anders zul je geen gegadigden vinden. Zodra je op die manier 90% van de stemgerechtigde aandelen hebt verworven, kun je dan het volledige bedrijf in handen krijgen via een zogeheten squeeze-out.

Zitten er nieuwe introducties of exits aan te komen?

SG: De beurs is een ecosysteem en er zullen altijd nieuwkomers en vertrekkers zijn. Dat is de normale gang van zaken. Je kan enkele bijkomende exits niet uitsluiten, maar per saldo denken we dat er meer nieuwe beursintroducties staan aan te komen. De beurs is en blijft een financieringsinstrument en ik verwacht dat het vooral biotech-, technologie- en vastgoedbedrijven zullen zijn die op korte termijn op de kar zullen springen. De toekomst zal uitwijzen of ik gelijk heb.
Deel het artikel
Alle rechten voorbehouden 2024, Degroof Petercam